Steeds opnieuw kijken we of de leerinhouden nog beter op onze uitgangspunten kunnen afstemmen. Wij richten ons onderwijs zo in, dat de kinderen een ononderbroken ontwikkelingslijn kunnen volgen.

Dit doen wij door:

-          verschillende leeftijdsgroepen bij elkaar in de groep te plaatsen;

-          de inzet van het montessorimateriaal en orthodidactische hulpmiddelen

(gebruik van zoveel mogelijk concreet materiaal en in de opbouw van de leerstof zo klein mogelijke stappen);

-          de leerstof, het werktempo zoveel mogelijk afstemmen op elk afzonderlijk kind;

-          groepsactiviteiten (onder andere voor interactief onderwijs) daar waar nodig inzetten;

-          inzetten van extra ondersteuning voor kinderen die op een andere manier en/of in een ander tempo de lesstof volgen.

 

De school richt zich niet voornamelijk op één of een aantal vakgebieden. Wij proberen een goede balans te vinden tussen de basisvaardigheden (rekenen, taal, lezen en schrijven) en de andere vakgebieden.

 

Leerinhouden

 

De leerinhouden maken in alle bouwen zoveel mogelijk een individuele verwerking mogelijk. In elke bouw zijn de specifieke montessorimaterialen te vinden.

De afgelopen jaren hebben we andere leermiddelen die lieten zien een waardevolle aanvulling van de montessorimaterialen te zijn, ingepast. We voldoen op deze manier volledig aan de kerndoelen en de referentieniveaus.

De meeste montessorimaterialen bij rekenen, taal en lezen blijken echter nog steeds uniek, dus onvervangbaar te zijn.

In het schoolplan staat beschreven waar wij ons de komende jaren op richten.

 

Rekenen

De montessori rekenmaterialen hebben een belangrijke plaats binnen het reken- wiskundeonderwijs, waarmee kinderen op een concrete, aanschouwelijke manier de rekenbewerkingen krijgen aangeboden.

Daarnaast werken we met ‘Ik wil rekenen’, de rekenmethode voor het montessorionderwijs. De kinderen leren hiermee rekenen op basis van begrip. In de onderbouw wordt gewerkt aan de hand van het activiteitenboek van Rekenrijk en de Montessorimaterialen. In de midden- en bovenbouw worden de leerkracht gebonden lessen afgewisseld met zelfstandig werken. De methode biedt een ruime hoeveelheid gevarieerde leerstof, waarmee kinderen op hun eigen niveau kunnen werken.

 

Taal

De montessori taalmaterialen zijn bij de eerste aanbieding en de oefenstof de basis.

In de midden- en bovenbouw gebruiken we “Taal doen!”, de taalmethode voor het montessorionderwijs. De titel geeft aan waar de methode voor staat: Door doen leren de kinderen taal. In deze methode zijn de onderdelen spelling, technische taal, begrijpend lezen en woordenschat geïntegreerd.

Dit schooljaar wordt in alle groepen specifiek aandacht besteed aan spelling. Het team wordt hierin geschoold. Verder blijft er specifieke aandacht voor lezen en woordenschat waar wij afgelopen jaren mee bezig zijn geweest.

 

Lezen

In de onderbouw  werken we met veel verschillende leesactiviteiten. Er wordt onder andere gewerkt met het “klankkastje” en er is aandacht voor het lezen in de verschillende hoeken. Het gaat hierbij om het bewustzijn van klanken en woorden Zo leren de kinderen spelenderwijs de functie van lezen.

Voor leesbevordering in de onderbouw gebruiken we Boekenpret. Kinderen krijgen elke week een boek mee naar huis.

Voor het aanvankelijk leren lezen gebruiken we in groep 3 de leesmethode: “Lijn 3”.

Daarna gaan de kinderen met technisch lezen door met de methode “Leesparade”.

In de hele school is veel aandacht voor leesbevordering.

 

De onderbouwleerkrachten zijn begeleid met het werken in hoeken waar het spelend leren lezen bevorderd wordt.

 

Wij werken met een dyslexieprotocol voor de groepen 1 t/m 8. Dit dyslexieprotocol, ter inzage op onze school, passen we elk jaar aan de nieuwste ontwikkelingen aan. Begeleiding van NT2 leerlingen/taalzwakke leerlingen vindt zoveel mogelijk plaats binnen de eigen groep.

 

Bibliotheek

Ter bevordering van de leesbeleving, belangstelling in lezen en boekpromotie, beschikken wij, in samenwerking met Bibliotheek Veluwezoom, over de Bibliotheek op School. De Bibliotheek op School ondersteunt scholen bij hun bibliotheek-aanbod. De Bibliotheek op School helpt scholen hun bibliotheekaanbod beter te laten aansluiten op hun onderwijsactiviteiten. De Bibliotheek op School is een landelijke aanpak, die volledig wordt toegespitst op de lokale situatie, geen school en geen bibliotheek is immers hetzelfde.

Uw kind wordt bij inschrijving op ons Kindcentrum automatisch lid van de bieb.

 

 

Schrijven

In de onderbouw leren de kinderen spelenderwijs schrijven. De montessorileermiddelen blijven bij de eerste aanbieding de basis. Het ontwikkelen van de grove motoriek, door met grote vormen te oefenen, is de eerste stap. Als dat goed gaat, werken we verder aan de verfijning van de motoriek. Kinderen leren schrijven door het voelen van schuurpapieren letters, het schrijven in zand, op een bordje met een natte kwast en op papier. Voor het oefenen van schrijfbeweging schrijven de kinderen van groep 3 met een potlood. Vanaf groep 4 schrijven de kinderen met een vulpen. Voor het schriftelijk inoefenen gebruiken we de methode Pennenstreken.

Kosmisch Onderwijs en Opvoeding

Kosmische educatie is bedoeld om kinderen zicht te geven op hun plek tussen anderen, in de natuur, in deze wereld en in het universum. Bij ons op school gebruiken we thema’s om alle zaakvakken zoals aardrijkskunde, biologie en geschiedenis geïntegreerd aan te bieden. Maar eigenlijk gaat kosmische educatie over alles, ook rekenen, taal en lezen komen hierbij aan bod. De thema’s worden door algemene lessen aangeboden. Na deze groepslessen kunnen kinderen individueel of in kleine groepjes aan het werk en zich verder verdiepen. Dit gebeurt steeds meer aan de hand van onderzoeksvragen die kinderen zelf bedenken.

Om informatie te kunnen ordenen, werken we in alle groepen met tijdlijnen. In de bovenbouw hangt de tijdlijn van de menselijke beschaving, in de middenbouw de tijdlijn van de ontwikkeling van het leven en in de onderbouw hangt de jaarlijn.

Door de inzet van onderzoekend en ontwerpend leren, waarbij we kinderen steeds meer uitdagen om zelf op zoek te gaan naar informatie of oplossingen, proberen we kinderen te prikkelen en te leren zelf kennis op te doen. voor ons is dit een goede manier om de 21ste -eeuwse vaardigheden een plek te geven binnen ons onderwijs.

 

Burgerschapskunde

-          Gaat ervan uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving.

-          Is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie.

-          Is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten.

De kerndoelen vanuit het leergebied oriëntatie op jezelf en de wereld, zijn op school opgenomen in de thema’s van de midden- en bovenbouw, te weten; geestelijke stromingen en staatsinrichting en landschappen/klimaten. Daarnaast zijn de lessen gekoppeld aan de tijdlijn van de menselijke beschaving daarvoor dekkend.

De voorwaarden die beschreven worden als een belangrijke voorwaarde voor deelname aan de pluriforme democratische samenleving, te denken valt aan ‘zichzelf informeren’, ‘feiten en meningen’ onderscheiden en ‘deelnemen aan discussie’, krijgen aandacht in verschillende vakgebieden. Bijvoorbeeld bij kosmische educatie, begrijpend lezen, de nieuwskring in de bovenbouw en het schrijven van een werkstuk of het organiseren van een spreekbeurt. Daarnaast worden deze vaardigheden in toenemende mate opgenomen in ons leerplan door het invoegen van de 21ste -eeuwse vaardigheden in ons onderwijs.

 

21ste-eeuwse vaardigheden

Kinderen van nu groeien op in een wereld die snel verandert. Niemand weet precies hoe de wereld er over 10 jaar uit ziet. Wel weten we dat:

·         de wereld kleiner is geworden; het nieuws vliegt in een seconde

in beeld en geluid de wereld over. Mensen hebben de hele dag

beschikking over allerlei informatie en communicatiemiddelen.

·         mensen met verschillende levensovertuigingen samen leven; dit

biedt allerlei kansen maar kent ook “bedreigingen”

·         we kinderen van nu voor een groot deel opleiden voor beroepen en taken die nu nog niet bestaan

·         mensen te maken krijgen met meer veranderingen en minder vaste structuren; mensen werken korter bij meerdere werkgevers, gezinnen veranderen van samenstelling, etc.

Hiermee leren omgaan, vraagt het beheersen van vaardigheden als zelfstandig denken en handelen, samenwerkend vermogen, ICT-vaardigheden, communiceren, kritisch denken en sociale vaardigheden. Het aanleren van deze vaardigheden en houding gebeurt vakoverstijgend en geïntegreerd binnen ons dagelijks onderwijs.

 

Mediawijsheid

Vanwege alle nieuwe technologische ontwikkelingen en middelen waar kinderen mee te maken krijgen, besteden wij extra aandacht aan wat wij ‘mediawijsheid’ noemen. De vaardigheden met betrekking tot de nieuwe media kunnen worden ingedeeld in ict-vaardigheden, informatievaardigheden en veilig gebruik social media. In onze school werken kinderen regelmatig met computers en voor iedere groep zijn educatieve programma’s beschikbaar. De computers zijn aangesloten op een intern netwerk zodat het niet uitmaakt op welke computer het kind werkt. We werken met diverse programma’s. Voor de onderbouw op het gebied van voorbereidend taal en rekenen; voor de middenbouw en bovenbouw onder andere programma’s voor het oefenen met spelling en rekenen.

Door de kinderen (beter) te leren werken met de verschillende vormen van multimedia krijgt het begrip zelfstandigheid een nieuwe dimensie. Het zelf opzoeken en beoordelen van informatie en het verwerken van die informatie in werkstukken, films, PowerPointpresentaties en foto’s, zorgt ervoor dat de kinderen vaardiger worden met multimedia, hun creativiteit ontwikkelen, maar ook veel leesplezier hebben en veel kennis opdoen op alle vakgebieden. Wij werken vanaf groep 4 met een protocol voor internet.

 

In elke groep zijn computers en laptops aanwezig. De school maakt gebruik van digiborden in alle bouwen.

 

Engels

De kinderen van groep 6 en 7 leren Engels met de methode Wings; de kinderen van groep 8 gebruiken Infoquest. Het accent ligt hierbij op het vergroten van de luister- en spreekvaardigheid van de kinderen.

 

Bewegingsonderwijs

Alle groepen gaan één keer per week naar de gymzaal aan de Wilgenlaan. Van de gymlessen wordt gebruik gemaakt van de methode Basislessen Bewegingsonderwijs. De kinderen douchen na de gymles.

Door de gemeente Doesburg worden wij in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan B-fit.

Dit is een initiatief van de Gelderse Sport Federatie en NOC-NSF. Zij organiseren en bieden hulp bij verschillende activiteiten voor de kinderen, zoals:

·         pleinspelen

·         clinics van sportclubs

·         sportinstuiven

·         ondersteuning bij bewegen van kinderen

·         aandacht voor gezonde voeding